Defence for Children en inclusief onderwijs

Kinderrechtenrubriek

In deze rubriek besteedt kinderrechtenorganisatie Defence for Children gedurende het schooljaar aandacht aan verschillende ontwikkelingen met betrekking tot kinderrechten en onderwijs.

Onderwijskwaliteit onder druk door lerarentekort

Jantine Walst - februari 2023
Nederland heeft het VN-Kinderrechtenverdrag ondertekend en volgens dat verdrag hebben kinderen recht op goed onderwijs. Dit recht staat echter al langere tijd onder druk door het lerarentekort. Een bevoegde leerkracht voor de klas is immers essentieel om goed onderwijs te kunnen bieden. Als er nu niets gebeurt, is de kans groot dat het lerarentekort de komende jaren alleen maar verder oploopt.

Kwaliteit onderwijs onder druk

De laatste tijd stappen scholen noodgedwongen over naar een vierdaagse schoolweek of voegen zij klassen samen tot plofklassen van wel 35 leerlingen. Daarnaast krijgen steeds meer leerlingen les van een docent die geen lesbevoegdheid heeft. Dit gaat ten koste van de kwaliteit van het onderwijs.

Het op orde hebben van de randvoorwaarden is essentieel voor het functioneren van een goed onderwijssysteem. Defence for Children vindt dit ook een belangrijke voorwaarde voor de realisatie van inclusief onderwijs. Goed geschoolde en voldoende leraren zijn van fundamenteel belang. Zij moeten alle benodigde ondersteuning krijgen om ieder kind in de klas de aandacht te kunnen geven die het nodig heeft.

Manifest lerarentekort

Op 15 december 2022 is het manifest ‘elk kind een bevoegde leraar in 2030’ aangeboden aan Dennis Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs. Dit gebeurde voorafgaand aan het debat in de Tweede Kamer over het lerarentekort. Het manifest is een initiatief van de Algemene Onderwijsbond (AOb), Ouders & Onderwijs en Defence for Children. Met het manifest wordt de regering opgeroepen om ervoor te zorgen dat ieder kind in 2030 een bevoegde leraar heeft. Het manifest kan hier ondertekend worden.

Lees meer over kinderrechten

Op de website van het Kinderrechtencollectief lees je meer over het rapportageproces bij het VN-Kinderrechtencomité: www.kinderrechten.nl
Vragen over kinderrechten en onderwijs? Neem contact op met de Kinderrechtenhelpdesk van Defence for Children: www.defenceforchildren.nl

Inclusief onderwijs en de Rijksbegroting 2022

Femke Minderman - oktober 2022
Dinsdag 20 september was het weer Prinsjesdag, de dag waarop de regering de Rijksbegroting voor het volgende jaar presenteert. In de Rijksbegroting gaat het natuurlijk ook over onderwijs. Hoeveel geld gaat er naar de leraren? Wat zijn de beleidsprioriteiten voor de komende tijd? Waar wordt in geïnvesteerd en waarop bezuinigd? Op grond van het VN-Kinderrechtenverdrag en het VN-Verdrag Handicap hebben kinderen recht op onderwijs in een inclusief onderwijssysteem. Om dit recht te verwezenlijken, is het belangrijk dat er voldoende middelen beschikbaar worden gesteld. Daarom is het interessant om te kijken wat er over inclusief onderwijs in de Rijksbegroting staat.

Kansengelijkheid voor alle leerlingen

In de Rijksbegroting is veel aandacht voor het verbeteren van de kansengelijkheid in het onderwijs. Dit onderwerp was al langer één van de prioriteiten van de regering, maar richtte zich op kinderen met verschillende sociaaleconomische achtergronden. Dit jaar wordt kansenongelijkheid voor het eerst breder bekeken. De ministers van onderwijs spreken hun ambitie uit dat “álle kinderen en jongeren vrij kunnen zijn om zichzelf te zijn en het optimale uit zichzelf te halen. Ongeacht afkomst, opleidingsniveau, levensovertuiging, gender, seksuele voorkeur of beperking.”

Bovenstaande ambitie wordt herhaald wanneer het in de Rijksbegroting gaat over passend onderwijs. De verbeteraanpak passend onderwijs wordt volgens de Rijksbegroting gecontinueerd en er worden maatregelen genomen voor inclusiever onderwijs, “waarbij kinderen met en zonder beperking samen naar school gaan en werken eraan dat er voor ieder kind een vorm van onderwijs is en thuiszitten tot een minimum beperkt wordt”. Dit is de eerste keer dat inclusiever onderwijs in de beleidsprioriteiten van de Rijksbegroting genoemd wordt. Wanneer er echter met een kinderrechtenbril naar de begroting wordt gekeken, zou inclusief onderwijs – en niet inclusiever - de beleidsprioriteit moeten zijn.

Investeringen in kansengelijkheid

Hoe worden de ambities ten aanzien van kansengelijkheid vertaald in investeringen? In de Rijksbegroting wordt het coalitieakkoord aangehaald, waarin wordt aangekondigd dat er structureel 1 miljard euro per jaar vrijkomt voor het vergroten van de kansengelijkheid, waaronder nu dus heel expliciet het werken aan inclusiever onderwijs wordt genoemd.
Vanaf 2025 wordt de 1 miljard structureel vrijgemaakt, in de jaren daarnaartoe gaat het om kleinere bedragen. In het coalitieakkoord staat dat er in 2023 300 miljoen beschikbaar is voor maatregelen om kansengelijkheid te vergroten. Op Prinsjesdag bleek dat er 270 miljoen is opgenomen in de begroting voor 2023. Het overige deel, 30 miljoen, wordt achter de hand gehouden totdat duidelijke beslissingen zijn gemaakt over waar het geld precies naartoe moet gaan. Dit wordt bijvoorbeeld uitgewerkt in de Agenda Kansengelijkheid, die nog moet verschijnen.

Hoe nu verder?

De aandacht die in deze Rijksbegroting gaat naar kansengelijkheid, geeft aan dat dit thema leeft bij de regering. De aangekondigde investeringen om kansengelijkheid in het onderwijs te vergroten, hebben de potentie om wezenlijk bij te dragen aan de weg naar inclusief onderwijs. Het is nu afwachten hoe het geld precies wordt besteed. Dit najaar wordt de Rijksbegroting besproken in de Tweede Kamer, die de begroting nog kan aanpassen. Voor het eind van het jaar wordt de definitieve begroting vastgesteld. Hopelijk biedt dit mooie kansen voor de beweging naar inclusief onderwijs.

Onderwijs voor kinderen met een beperking: een kijkje bij het werk van de Kinderrechtenhelpdesk

Chantal Roso - juni 2022
Kinderen hebben op grond van het VN-Kinderrechtenverdrag eigen rechten. Zo heeft ieder kind recht op onderwijs, maar zien we in de praktijk dat kinderen dit recht niet altijd kunnen uitoefenen. Defence for Children zorgt er onder andere via de Kinderrechtenhelpdesk voor dat de rechten van kinderen worden nageleefd en gerespecteerd. Kinderen, (pleeg)ouders, advocaten, hulpverleners, leerkrachten en andere professionals kunnen contact opnemen met de juristen van de helpdesk wanneer zij een vraag hebben over kinderrechten. In 2021 heeft de Kinderrechtenhelpdesk 105 onderwijszaken behandeld. Dat zijn er zestien meer dan in het voorgaande jaar. De zaken geven een beeld van hoe het is gesteld met de naleving van het recht op onderwijs.

Vragen die worden gesteld over onderwijs voor kinderen met een beperking

De vragen over kinderen met een beperking die de Kinderrechtenhelpdesk op het gebied van onderwijs ontvangt, gaan onder andere over inclusief onderwijs, bejegening, schorsing en verwijdering en de leer- of kwalificatieplicht. Ook worden er vragen gesteld over de (continuering van) ondersteuning voor kinderen met een beperking op school.
Zo belde de moeder van een dertienjarig meisje met de Kinderrechtenhelpdesk. Haar dochter volgt onderwijs in het regulier voortgezet onderwijs. Vanwege haar beperking krijgt de dochter een aantal uur ondersteuning in de klas. Dit heeft zij hard nodig om de lessen te kunnen volgen. De dochter dreigt haar ondersteuning echter te verliezen, omdat de school dit nog niet opnieuw heeft aangevraagd bij het samenwerkingsverband. Ook heeft de school het ontwikkelingsperspectiefplan niet aangepast, waarin het uitstroomprofiel en de onderwijsdoelen van de dochter staan opgenomen. De moeder wordt door de school niet betrokken en geïnformeerd.

Het is onduidelijk waarom de school nog niet heeft gehandeld. Defence for Children heeft de moeder handvatten gegeven om in gesprek te gaan met de school. Ook heeft zij uitleg gekregen over de rechten van haar dochter met betrekking tot het onderwijs en de plichten van de school. De moeder heeft vervolgens met de school gesproken en kort na het gesprek met de school laten weten dat het ontwikkelingsperspectiefplan in samenspraak is aangepast en dat de benodigde ondersteuning tijdig is aangevraagd bij het samenwerkingsverband.

Toegang tot onderwijs

De meeste vragen gaan echter over de toegang van kinderen met een beperking tot onderwijs. Een vader nam bijvoorbeeld contact op met de Kinderrechtenhelpdesk over zijn twaalfjarige dochter met het syndroom van Down. De dochter zit in groep 8 van een reguliere basisschool. De vader wil graag dat zijn dochter naar het regulier voortgezet onderwijs gaat en vertelt dat al diverse gesprekken zijn gevoerd met een middelbare school in de buurt. De middelbare school was aanvankelijk positief, maar na een directiewisseling is de school van gedachte veranderd.

Defence for Children voorziet de vader van informatie over de rechten die zijn dochter heeft. Ook is hem uitgelegd hoe de toelating tot een school juridisch is geregeld. Met deze kennis kon de vader opnieuw het gesprek met de middelbare school aangaan. De middelbare school stond daarna toch weer positief tegenover de toelating en gaf aan samen met de basisschool te willen kijken hoe de dochter met ondersteuning onderwijs op de middelbare school zou kunnen volgen.

De signaalfunctie van de Kinderrechtenhelpdesk

De Kinderrechtenhelpdesk heeft een belangrijke signaalfunctie. Door de vragen die worden gesteld, krijgen we een beeld van knelpunten in zowel wet- en regelgeving als in de praktijk. Een blijvend signaal is bijvoorbeeld dat kinderen met een beperking nog steeds problemen ervaren met betrekking tot de toegang tot het onderwijs. Zoals de hierboven beschreven zaak over het meisje met het syndroom van Down al liet zien, worden zij niet altijd toegelaten tot het reguliere onderwijs als zij dat willen volgen.

Het aantal kinderen in het speciaal onderwijs stijgt nog steeds. We constateren voortdurend dat veel kinderen met een beperking of gedragsproblemen van regulier naar speciaal onderwijs worden doorverwezen. Scholen geven daarbij aan handelingsverlegen te zijn of dat de ondersteuning van het kind te duur is. Indien een kind eenmaal de stap naar het speciaal onderwijs heeft gemaakt, blijkt het bijzonder moeilijk om daarna regulier onderwijs te volgen.

We signaleren helaas daarnaast al langere tijd dat kinderen met een beperking te lang thuis zitten wanneer er geen passende plek voor hen kan worden gevonden. In deze zaken zien we dat kinderen een richting worden opgeduwd waar ze niet horen, bijvoorbeeld richting een zorgboerderij terwijl uit het ontwikkelingsperspectiefplan en observatieverslagen blijkt dat het kind wel degelijk leerbaar is wanneer de juiste ondersteuning en begeleiding wordt geboden.
Zorgelijk is ook dat ouders aangeven dat scholen dreigen een melding te maken bij Veilig Thuis wanneer sprake is van een geschil over een passend onderwijsaanbod. Een (onterechte) Veilig-Thuismelding is ingrijpend en kan in uiterste gevallen tot een kinderbeschermingsmaatregel leiden.

Tijd voor verandering

Zolang het huidige onderwijssysteem niet inclusief is, blijven we tegen barrières aanlopen. Een groot aantal kinderen met een beperking wordt hierdoor benadeeld omdat zij geen passend onderwijsaanbod kunnen krijgen. Defence for Children blijft zich onverminderd inzetten om het Nederlandse onderwijssysteem te transformeren naar één inclusief onderwijssysteem. Een systeem waarbij het belang van het kind centraal staat en alle kinderen – ongeacht beperking – samen kunnen leren.

Nederlandse Staat legt kinderrechtenexamen af

Jantine Walst - april 2022
Het VN-Kinderrechtencomité (Comité) vindt dat Nederland het VN-Kinderrechtenverdrag beter moet naleven, óók ten aanzien van het recht op onderwijs. Dit volgt uit de aanbevelingen van het Comité die op 18 februari 2022 zijn gepubliceerd. De aanbevelingen zijn gericht aan de Nederlandse Staat en gaan over verschillende thema’s, waaronder migratie, jeugdzorg en onderwijs.

Verantwoording bij het VN-Kinderrechtencomité

Eens in de vijf jaar moet een land dat het VN-Kinderrechtenverdrag heeft ondertekend verantwoording afleggen over de naleving van kinderrechten bij het Comité. Het Comité houdt toezicht op de naleving van het verdrag. Nederland werd dit jaar voor de vijfde keer ondervraagd. Voorafgaand aan deze ondervraging heeft het Kinderrechtencollectief een ngo-rapportage met aanbevelingen voor een betere naleving van het VN-Kinderrechtenverdrag ingediend bij het Comité en deze ook mondeling toegelicht. Meer dan 140 ngo’s en deskundigen droegen hieraan bij en in de rapportage wordt ook specifiek ingegaan op onderwijs. Op basis van de verantwoording heeft het Comité een serie aanbevelingen voor de Nederlandse Staat geformuleerd om de kinderrechtensituatie in Nederland te verbeteren.

Zorgen over onderwijs

Het Comité is bezorgd over de toename van het aantal kinderen met een beperking dat naar het speciaal onderwijs gaat, het gebrek aan toegang tot voorschoolse educatie en het aantal vrijstellingen dat op grond van de Leerplichtwet aan kinderen met een beperking wordt verleend. Daarnaast is het Comité kritisch op de wijze waarop Nederland uitvoering geeft aan inclusief onderwijs.

Comité beveelt aan: realiseer inclusief onderwijs voor alle kinderen

Het Comité beveelt de Nederlandse Staat aan ervoor te zorgen dat alle kinderen met een beperking toegang hebben tot en kunnen profiteren van inclusief onderwijs op alle onderwijsniveaus. De Nederlandse Staat moet volgens het Comité maatregelen nemen, zoals het aanpassen van wet- en regelgeving, om inclusief onderwijs te waarborgen. Daarnaast benadrukt het Comité dat de Leerplichtwet snel gewijzigd moet worden zodat het moeilijker wordt om een vrijstelling te verlenen aan kinderen met een lichamelijke of psychische beperking. Wanneer een kind wordt vrijgesteld van de leerplicht, wordt hem of haar in feite het recht op onderwijs ontzegd. Door het aanpassen van de wet kan dit worden voorkomen.

Het is belangrijk om de oproep van het Comité om de Leerplichtwet aan te passen vooral in samenhang te lezen met de aanbeveling dat de Nederlandse Staat ervoor moet zorgen dat alle kinderen met een beperking toegang hebben tot - en kunnen profiteren van - inclusief onderwijs op alle onderwijsniveaus. Het is risicovol om alleen de Leerplichtwet te wijzigen. Als enkel de drempel voor een vrijstelling van de leerplicht wordt verhoogd zonder dat er aan het onderwijs extra middelen worden geboden om kinderen daadwerkelijk een geschikte plek op school te bieden, kunnen er in de praktijk problemen ontstaan waarvan kinderen met én zonder beperking de dupe worden. Het onderwijsveld zelf, inclusief de wetgeving daarover, dient inclusief te worden en de ondersteuning van kinderen met een beperking moet – zoals het Comité ook aanbeveelt – worden versterkt ten behoeve van hun sociale integratie en individuele ontwikkeling.

Het recht om gehoord te worden

Jantine Walst - december 2021
Kinderen hebben op grond van artikel 12 van het VN-Kinderrechtenverdrag het recht om gehoord te worden. Dit betekent dat zij hun mening moeten kunnen geven over alle zaken die hen aangaan. Aan de mening van het kind dient passend belang te worden gehecht die in overeenstemming is met de leeftijd en de rijpheid van het kind. Voor kinderen met een beperking is het recht om hun mening te geven nadrukkelijk in artikel 7 lid 3 VN-Verdrag Handicap neergelegd. Als uitgangspunt geldt dat ieder kind in staat is zijn mening te uiten, ongeacht leeftijd of eventuele handicap. Kinderen moeten op grond van internationale verdragen betekenisvol kunnen participeren, óók in het onderwijs.

Verankeren van het hoorrecht

Het verankeren van het recht om gehoord te worden is één van de 25 verbetermaatregelen die de overheid gaat nemen om het systeem van passend onderwijs te verbeteren. Leerlingen moeten voortaan kunnen meepraten over hoe hun eigen ondersteuning eruit komt te zien. Dat gebeurt nu nog te vaak niet, zegt demissionair minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Arie Slob.

De onderwijspraktijk

Ook volgens JongPIT, een stichting voor en door jongeren met een chronische aandoening, wordt er nog te vaak zonder overleg met het betrokken kind een passend onderwijsaanbod vastgesteld. En dat terwijl kinderen juist zelf heel goed kunnen aangeven wat ze nodig hebben. JongPIT: Hoe jong iemand ook is, diegene kan altijd in gedrag of woorden uitdrukken wat hij of zij nodig heeft. Op dit moment wordt er nog te weinig geparticipeerd door kinderen zelf, zowel met betrekking tot beslissingen ten aanzien van hun individuele situatie als bij de inhoud van het beleid van scholen.

Vijf stappen voor betekenisvolle participatie

Participatie is belangrijk voor het zelfvertrouwen van kinderen. Ook zorgt het ervoor dat kinderen zich onderdeel van de maatschappij voelen en dat zij worden gezien en gehoord. Bij het verankeren en toepassen van het recht om gehoord te worden, mag het niet alleen gaan om het meepraten over de eigen ondersteuning. Participatie is geen eenmalige actie, maar een continu proces. Het is belangrijk dat alle vijf stappen voor betekenisvolle participatie, die het VN-Kinderrechtencomité heeft opgesteld, worden meegenomen. In het kort gaat het om de volgende stappen:

  1. Voldoende toegang tot begrijpelijke informatie: kinderen moeten goed geïnformeerd worden zodat zij een mening kunnen vormen. Dit betekent dat het kind op zijn of haar niveau aangepaste informatie dient te krijgen zodat hij of zij daadwerkelijk in staat wordt gesteld een eigen, geïnformeerde mening te vormen.
  2. Worden gehoord: kinderen moeten hun mening kunnen geven over zaken die hen aangaan. De leeftijd van het kind is daarbij niet per se leidend, er moet altijd gekeken worden naar de fysieke, emotionele, cognitieve en sociale ontwikkeling van het kind.
  3. Serieus worden genomen: aan de mening van het kind dient altijd passend belang te worden gehecht, rekening houdend met de leeftijd en ontwikkeling van het kind. De impact die de zaak op het kind kan hebben moet hierbij ook worden meegewogen. Hoe groter de impact van de uitkomsten op het leven van het kind, des te belangrijker het is dat passend gewicht wordt gehecht aan de mening van het kind.
  4. Terugkoppeling over de beslissing die is genomen: de beslissing moet aan het kind worden teruggekoppeld en daarbij moet uitgelegd worden op welke wijze de mening van het kind invloed heeft gehad op de besluitvorming.
  5. De mogelijkheid om te klagen: kinderen hebben het recht om te reageren als zij het niet eens zijn met de beslissing die is genomen.

Recht op onderwijs voor ieder kind

Jantine Walst - september 2021
De zomervakantie is voorbij en de scholen gaan weer open. De meeste kinderen gaan terug naar een school waar zij zorg en ondersteuning op maat ontvangen. Dit geldt echter niet voor iedereen. Een groot aantal kinderen staat aan de zijlijn en krijgt geen passend onderwijsaanbod. Hierdoor zitten zij soms zelfs noodgedwongen thuis. Dit is niet in lijn met internationale VN-Verdragen. Ieder kind heeft recht op onderwijs in een inclusief onderwijssysteem waarin het belang van het kind voorop staat en waarin kinderen samen kunnen leren en spelen.

Geen plek

Voor veel kinderen is nog altijd geen plek in het huidige onderwijssysteem. Het is zorgelijk dat zij niet de ondersteuning krijgen die zij nodig hebben en daardoor niet tot leren komen. In het onderwijsveld is de afgelopen jaren een ontwikkeling gaande richting inclusief onderwijs; steeds meer scholen hebben als doelstelling om elk kind dat bij hen wordt aangemeld te accepteren en steeds meer scholen zoeken naar verbinding in plaats van uitsluiting. Helaas lopen zij hierbij tegen een behoorlijk aantal drempels aan. Deze drempels worden opgeworpen door de Nederlandse wet- en regelgeving die nog altijd niet in lijn is met de verplichtingen uit het VN-Kinderrechtenverdrag en het VN-Verdrag Handicap. Dit maakt het niet altijd eenvoudig voor scholen om inclusief onderwijs te bieden.

Kinderrechtenkader: wat staat er in de Verdragen?

Het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (VN-Kinderrechtenverdrag) vormt samen met het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap (VN-Verdrag Handicap) de basis voor het internationale kinderrechtenkader omtrent onderwijs. Het onderwijs moet volgens het VN-Kinderrechtenverdrag gebaseerd zijn op gelijke kansen en gericht op een zo volledig mogelijke ontplooiing van de persoonlijkheid, talenten en geestelijke en lichamelijke vermogens van het kind. Op grond van het VN-Verdrag Handicap hebben kinderen met een beperking recht op onderwijs in een inclusief onderwijssysteem. Dit betekent dat de nationale overheid moet zorgen voor een systeem waarin kinderen in beginsel samen naar een school in de buurt gaan en daar zorg en ondersteuning op maat ontvangen.

Het VN-Verdrag Handicap en het VN-Kinderrechtenverdrag hebben een holistisch karakter. Dit betekent dat alle rechten uit deze verdragen in samenhang worden gezien. Het recht op onderwijs staat onder andere in relatie tot artikel 3, 6 en 23 van het VN-Kinderrechtenverdrag. Artikel 3 van het VN-Kinderrechtenverdrag bepaalt dat het belang van het kind de eerste overweging moet vormen bij alle maatregelen die betrekking hebben op een kind. Het belang van het kind wordt door middel van de andere kinderrechten geconcretiseerd. Uit artikel 6 van het VN-Kinderrechtenverdrag volgt dat ieder kind het recht heeft om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen.

Artikel 12 van het VN-Kinderrechtenverdrag en artikel 7 lid 3 VN-Verdrag Handicap bepalen dat ieder kind het recht heeft om zijn mening te geven over alle zaken die hem aangaan.
Naar deze mening dient serieus te worden geluisterd en er dient een passend gewicht aan te worden toegekend in overeenstemming met de leeftijd en de rijpheid van het kind.

Het VN-Kinderrechtenverdrag besteedt bijzondere aandacht aan kwetsbare groepen kinderen die belemmeringen ervaren om op dezelfde wijze als hun leeftijdsgenoten van hun rechten te genieten. Voor kinderen met een beperking is in artikel 23 VN-Kinderrechtenverdrag uitdrukkelijk bepaald dat zij recht hebben op toegang tot het onderwijs. Het VN-Kinderrechtencomité, toezichthouder op de naleving van het VN-Kinderrechtenverdrag, geeft in General Comment nummer 9 een toelichting op artikel 23 VN-Kinderrechtenverdrag. In deze toelichting geeft het Comité aan dat inclusief onderwijs het doel van onderwijs aan kinderen met een beperking moet zijn.

Kinderrechtenhelpdesk Defence for Children

Op de Kinderrechtenhelpdesk van Defence for Children werken juristen die goed op de hoogte zijn van de nationale wet- en regelgeving en het beleid ten aanzien van kinderen in Nederland. Zij beschikken over gedegen kennis van de inhoud van het VN-Kinderrechtenverdrag en andere relevante internationale wet- en regelgeving.

Logo van Defence for Children

In het kader van de samenwerking met het Platform Naar Inclusiever Onderwijs is de Kinderrechtenhelpdesk verder opengesteld voor juridische vragen van schoolbesturen/scholen, samenwerkingsverbanden en andere onderwijsorganisaties.

Voor wie en wat voor vragen?

Het Platform Naar Inclusiever Onderwijs krijgt veel vragen over het juridisch kinderrechtenkader met betrekking tot inclusief onderwijs. Denk hierbij aan vragen over de toegang tot onderwijs, thuiszitters en inclusief onderwijs. Regelmatig wordt de vraag gesteld hoe er voor gezorgd kan worden dat een kind met een beperking in het regulier onderwijs kan blijven.

Wat biedt Defence for Children?

De juristen van de Kinderrechtenhelpdesk hebben contact met de onderwijsjuristen van Verus en VOS/ABB, beide lid van het Platform. Defence for Children biedt een kinderrechtelijk perspectief in vragen die bij de onderwijsjuristen van Verus en VOS/ABB binnenkomen en worden voorgelegd aan de Kinderrechtenhelpdesk.

Defence for Children kan daarnaast ook zelfstandig zaken oppakken die via het Platform naar de Kinderrechtenhelpdesk worden doorverwezen indien het een kinderrechtelijk vraagstuk betreft, bijvoorbeeld als de kinderrechten van een kind in het geding zijn.
Per individuele zaak geven de medewerkers juridisch advies. Ook neemt Defence for Children contact op met betrokken instanties en organisaties, om zo het verschil voor kinderen te maken.

De medewerkers van Defence for Children geven juridisch advies gebaseerd op huidige wet- en regelgeving, maar toetsen tegelijkertijd ook aan relevante internationale verdragen zoals het VN-Kinderrechtenverdrag en het VN-Verdrag Handicap.

Publicaties Defence for Children

In samenwerking met In1school heeft Defence for Children studies en artikelen gepubliceerd over inclusief onderwijs in relatie tot mensenrechten. Deze publicaties zijn op onze website beschikbaar.

Naar top van de pagina